‘Overdag is ze dapper, maar ’s nachts is mijn kleindochter Amal doodsbang’
Twee handen op één buik
Waar haar oma is, daar is Amal. “Ze komt altijd naar mij toe als er iets is. Met verhalen, geheimen, of als ze een nare droom heeft. Als ik ergens heen ga, wil ze altijd mee. Als dat niet kan, wordt ze soms verdrietig. Amal wil dat ik ’s ochtends haar kleren uitkies en voor haar kook. Ze slaapt het liefst naast mij. Zelfs als ze in haar ouders’ bed slaapt, kruipt ze ’s nachts stiekem bij mij in bed,” vertelt oma.
Amal en oma wonen samen met de rest van de familie in een vluchtelingenkamp in het noorden van Libanon. Hier zijn zij veilig, maar aan alles is een tekort. Oma: “Er is weinig eten. Soms zo weinig dat ik mijn eten opspaar en aan Amal en haar broertjes en zus Jana geef. We hebben weinig geld. Soms is Amal jaloers. Dan ziet ze een meisje met een mooie jurk en vraagt ze wanneer zij een jurk mag hebben. Haar moeder en ik vertellen haar dan dat we hopen snel genoeg geld te hebben om een mooie jurk voor haar te kopen.”
In het vluchtelingenkamp in Libanon is Amal en haar familie veilig, maar er is aan alles een tekort
Foto: Ralph Dargham
’s Nachts komt de angst
Vol trots vertelt oma over haar kleindochter. “Amal is thuis heel zelfverzekerd en dapper. Ze heeft vaak het hoogste woord, is een echte sfeermaker en kan heel goed voor zichzelf opkomen. Ook buitenshuis staat ze haar mannetje. Maar onder de oppervlakte is Amal heel angstig. ’s Nachts komen haar angsten naar boven, als ze slaapt.”
Amals nachtmerries zijn vaak levensecht. “Gisteren droomde ze dat iemand op bezoek was en hij mij probeerde te vergiftigen tijdens de lunch. Amal werd gillend wakker en dacht dat ik dood was. Dat is haar grootste angst. Ik troost haar dan door te zeggen dat ik bij haar ben en dat het maar een droom was.” Waar haar nachtmerries vandaan komen, weet oma niet goed. “We zijn hier veilig, godzijdank. Ik vraag Amal vaak waar haar angst vandaan komt. Dan zegt ze: ‘uit mijn dromen.”
‘Als ik dokter word, ben je nooit meer ziek’
Soms probeert oma het gesprek over de dood aan te gaan: "Ik weet dat Amal hier zelf veel over nadenkt. Ik wil dat ze begrijpt dat de dood onvermijdelijk is. Uiteindelijk gaan we allemaal een keer dood. Dan zegt Amal: ‘Ja, maar jij mág niet doodgaan.'"
In het vluchtelingenkamp krijgen Amal, haar zus Jana en haar broertjes les van War Child. “Amal doet erg haar best op school. Vooral wiskunde vindt ze leuk. Ze zegt vaak dat ze dokter wil worden, omdat ik diabetes heb. Als ik me een dag niet goed voel, zegt ze: ‘als ik dokter word, ben je nooit meer ziek. Ik zal je dan beter maken.’”
Elk kind verdient een veilige plek
Wereldwijd groeien 200 miljoen kinderen op in oorlog. Angst kan hen een leven lang achtervolgen - en generaties lang worden doorgegeven. Deze pijn kunnen wij nooit helemaal wegnemen. Wél kunnen we kinderen een veilige plek geven. Fysiek - en in hun hoofd. Met creatieve oefeningen en onderwijs leren we kinderen omgaan met hun angst, woede of stress. Zo zorgen we ervoor dat zij zich weer veilig voelen - en weer durven te dromen.
Dit doen we samen
Dit kunnen we niet alleen - we hebben jouw hulp nodig! Vóór het einde van het jaar willen wij minstens 6.000 extra kinderen helpen. Zodat zij kunnen ontsnappen uit hun nachtmerrie en veilig kunnen opgroeien.
Doe jij mee?