Staakt-het-vuren! Rupina over de impact van oorlogsgeweld op een kind
21 december 2023
Fotografie: Lotte Bronsgeest
Om die noodkreet kracht bij te zetten, interviewt oud-RTL oorlogsverslaggever Jaap van Deurzen voor War Child drie mensen die als kind een oorlog meemaakten. Die als geen andere kunnen uitleggen wat oorlogsgeweld met een kind doet en waarom hulp nodig is. In het derde en tevens laatste deel van dit drieluik heeft Jaap een gesprek met Rupina Sarkis (21). Zij vluchtte op 15-jarige leeftijd van Syrië naar Nederland.
"Wat er in Gaza gebeurt zit de hele dag in mijn hoofd."
"Het voelt alsof ik constant met mijn eigen geschiedenis en ervaringen wordt geconfronteerd. Ik voel me schuldig als ik er even níet aan denk. Maar ik voel me ook schuldig als ik er wél in mijn hoofd mee bezig ben. Want ik besef dan dat ik helemaal niks kan doen. En dat is zo erg! Ik zou een kind nooit willen laten voelen wat ík als kind heb gevoeld," zegt de Syrische Rupina.
Ze is negen jaar oud als de burgeroorlog in haar land uitbreekt in 2011. Haar ouders, die beiden arts zijn, volgen het nieuws op de voet.
In één klap is alles anders
Rupina: "We dachten dat het geweld onze stad Al Hasakah in het noordoosten nooit zou bereiken. Maar begin 2012 braken er aan de rand van de stad elke dag gevechten uit en hoorden we geweerschoten. Dat was heel beangstigend. Er waren ook schietpartijen op andere plekken. Op een dag zat ik achter de computer en raakte een kogel de muur van ons huis. Ik schrok verschrikkelijk en ben heel erg gaan huilen. Ik moest toen van mijn moeder in de badkamer gaan schuilen. Mijn wereld was in één klap totaal veranderd. Ik was altijd een zorgeloos kind uit een middenklasse familie. Ik had veel vrienden. Dat veranderde opeens helemaal. Ik voelde me bang en onveilig."
"Natuurlijk kan ik de situatie niet één op één vergelijken met wat er nu met de kinderen in Gaza gebeurt. Die hebben hun familieleden en ook hun huizen verloren. Dat heb ik nooit meegemaakt. Maar ik heb wel dezelfde angsten gehad en ik kan me heel goed inleven hoe zij zich nu moeten voelen. Als ik eraan denk vind ik dat heel confronterend. Ik krijg dan een gevoel van hulpeloosheid en depressie. Ook als ik denk aan al die kinderen en jongeren die nu gegijzeld zijn. Die hebben totaal geen controle meer over hun leven. Ze zitten opgesloten en kunnen geen kant op. Dat moet verschrikkelijk zijn."
Een zwerftocht door Europa
Zes jaar geleden bedreigen terreurorganisaties haar ouders. Ze besluiten om het land te verlaten. Samen met haar moeder en haar oudere broer probeert Rupina naar Europa te vluchten. Haar vader blijft in eerste instantie achter in Syrië. Voor artsen is het verboden om het land te verlaten. Haar moeder, die ook arts is, doet het toch. Na een zwerftocht door diverse landen komen de drie eerst in Italië aan, waarna ze doorreizen naar Nederland. Daar wonen familieleden. Vanwege het feit dat ze eerst in Italië zijn geregistreerd, wordt de aanvraag voor asiel in Nederland afgewezen.
Rupina krijgt het advies om alleen asiel aan te vragen. Ze is diabetespatiënt en onder behandeling van artsen en kan niet zomaar het land uit worden gezet. Haar moeder en broer moeten Nederland wel verlaten.
Rupina is negen jaar oud als de burgeroorlog in haar land uitbreekt in 2011.
Rupina: "Mijn wereld was in één klap totaal veranderd. Ik voelde me bang en onveilig."
Poëzie biedt troost
Rupina wordt gescheiden van haar moeder en broer en trekt bij haar Syrische familie in. Het is een zware tijd voor het jonge meisje dat haar gevoel van veiligheid totaal is kwijtgeraakt. Ze leert in recordtijd de Nederlandse taal en past zich aan de cultuur aan. Ze schrijft de ellende van zich af in gedichten:
Alsof het nooit bij iemand opkwam
Dat er een meisje is geweest
Die vast in tijd zat
Voor 7 jaar lang
Tussen wetten en regels
Die ze nooit echt begrepen had
Dromend op een pas…
Zeven jaar in overlevingsmodus
Rupina: "Sinds de vlucht uit Syrië heb ik ongeveer zeven jaar in een soort overlevingsmodus gezeten. Ik was in die periode bij vlagen depressief en vaak angstig. Op een gegeven moment kregen we eindelijk als gezin een verblijfsvergunning en mochten we in Nederland blijven. Mijn vader is toen ook hier naartoe gekomen."
"Het gekke is dat mijn psychische klachten pas begonnen toen ik me eindelijk veilig voelde. Het leek wel of ik die gevoelens de hele tijd had uitgesteld."
"Ik weet nu pas wat oorlog met een kind kan doen."
"Alles wat ik in die jaren had meegemaakt, kwam terug in mijn hoofd. Ik kreeg nachtmerries en kon slecht slapen. Via de huisarts kwam ik onder behandeling van een psycholoog. Die zei dat ik aan sociale angst leed. Ik was bang wat mensen van mij dachten als ze mijn geschiedenis zouden horen. Dat had weer gevolgen voor mijn schoolgang, want ik kon me heel slecht concentreren. Ik weet nu pas wat oorlog met een kind kan doen. Ik weet in ieder geval wat het met mij heeft gedaan."
Rupina voelt zich bij tijden nog steeds kwetsbaar en heeft geregeld paniekaanvallen. Dat gebeurt met name als ze te maken krijgt met deadlines of als er iets van haar wordt verwacht. Die onzekerheid heeft volgens haar met de oorlog in Syrië te maken, want vroeger heeft ze daar nooit last van gehad.
Leren omgaan met angst
"Ik ben anderhalf jaar lang bij een tweede psycholoog in behandeling geweest voor mijn oorlogstrauma. In de Arabische cultuur begrijpen mensen niet dat je naar een psycholoog gaat. Dat doe je pas als je gek bent. Maar dat hoeft natuurlijk niet. Ik denk niet dat ik ooit nog van mijn angsten afkom, maar ik heb wel geleerd om er beter mee om te gaan. Ik weet nu bijvoorbeeld hoe ik mijn eigen grenzen aan moet geven."
"Ik vind ons gesprek ook niet echt gemakkelijk. Ik heb af en toe het gevoel dat ik me op de een of andere manier van het verleden distantieer. Ik blijf maar als een soort robot door praten. Alsof het me allemaal niks doet. Mijn gevoel is er niet echt bij, want dat is makkelijker voor mij. Ik denk dat ik heel erg oppassend ben wat voor soort antwoorden ik aan het geven ben. Als ik te emotioneel word, ben ik bang dat ik zelf ook weer angstig zal worden en er allerlei beelden van toen terugkomen. Mijn ‘instabiliteit’ is altijd aan."
Tijdens het tekenen even alles vergeten
"Ik moet er niet aan denken wat kinderen in Gaza mee moeten maken. Hoe kom je hier overheen? Die oorlog gaat maar door. Ik kan zelf goed tekenen en dat heeft me er altijd doorheen geholpen. Het is alsof ik tijdens het tekenen alles even kan vergeten. Ik ga daar helemaal in op. Ik heb ook aan rollenspel gedaan. Het helpt mij om even in de huid van een ander te kruipen, zodat ik niet aan mijn eigen problemen hoef te denken. Ik heb gehoord dat War Child die methodes ook in Gaza en in andere landen toepast en dat is goed want het helpt kinderen echt."
Vluchtelingen een stem geven
Rupina volgt nu een opleiding International Creative Business en wil op termijn de Nederlandse nationaliteit aanvragen. Het liefst zou ze journalist worden en zich inzetten voor andere mensen met dezelfde problemen en ze een stem te geven. Het tekenen heeft ze even op een laag pitje gezet. Ze schrijft nu veel vaker poëzie:
Dus ik blijf zoeken
In mijn typisch Nederlandse dag
Naar een vluchteling, of naar zijn verhaal
Die doet me denken
Aan wie ik was
of wie ik voor altijd zou zijn
Misschien kan ik ooit die twee werelden
om me heen en in mij
Samenbrengen in één verhaal…